Interview met Richard – Tester bij CB

Richard werkt als tester bij CB. Wij interviewen hem over zijn werkzaamheden als tester. Met wat voor projecten hij nu bezig is en hoe het werken in de coronaperiode hem vergaat.

“Bij CB ben ik één van de twee testers in het team Opdrachtmanagement. Daarnaast krijg ik vaak ook extra ‘projecten’ om testen met externe klanten op te pakken of andere kleinere projecten binnen CB. Ik ben bijvoorbeeld gevraagd om een testplan te maken voor een overkoepelende ketentest en deze uit te voeren en te coördineren. Tevens ben ik één van de testers die het meest aan het sturen is op testautomatisering.”

“Dat het zo veelzijdig is. Als tester, ben je een soort tolk, waarbij je eerst met de business en gebruikers in Jip en Janneke-taal het proces uitvraagt. Daarna kun je met wat technische mensen uitschrijven hoe dat technisch ondersteund wordt en door welke systemen. Vervolgens duik je met de ontwikkelaars nog verder in het diepe door te kijken hoe het technisch werkt qua code en welke interfaces er wanneer worden gebruikt. Ik ben nooit continu iets complex aan het doen of altijd iets heel simpels. Je moet altijd heen en weer en die afwisseling vind ik heel fijn.”

“Ja, als ik iets heb wat ik heel vaak moet doen, maar er nog geen oplossing is om dat geautomatiseerd te doen. API’s kun je bijvoorbeeld gemakkelijk automatisch testen, omdat je daar SoapUI of een andere tool voor kunt gebruiken. Voor andere dingen wordt het bij CB lastiger omdat ze veel zelfgemaakte software hebben. Als ik iets automatisch wil testen, moet ik de testtool van CB aanpassen en dat kan ik niet zelf. Omdat ik hierbij de hulp van anderen in moet schakelen gaat dit niet altijd zo snel als ik zou willen.”

“Als tester werk ik vaak één op één met een ontwikkelaar of een business analist en dat werkt in principe prima door met elkaar te chatten of bellen. Aan de andere kant ben ik zelf wel een erg sociaal persoon, dus dat onderdeel mis ik wel een beetje. Gelukkig kan ik met Microsoft Teams gewoon met iedereen bellen. Dat vind ik wel van toegevoegde waarde, omdat ik zo toch nog met collega’s kan spreken. Thuis heb ik mijn eigen zolder waar ik afgesloten zit van de rest van het gezin. Ik heb dus geen gillende kinderen om me heen, dus ik kan me focussen. Daarnaast heb ik een lekker stoel, drie externe beelschermen en mijn eigen headset. Dus ja, het bevalt wel.”

Ik ben bij heel veel klanten geweest die allemaal digitale scrumborden gebruikten. Daar was ik wel fan van omdat je daar je bevinding netjes op kunt uitschrijven en hoe je het kunt reproduceren. Daarnaast kun je ook screenshots of filmpjes toevoegen als dat nodig is. Dit zorgt er automatisch voor dat iedereen er op zijn eigen tempo naar kan kijken. Als ik in real time naar een ontwikkelaar toe zou gaan, dan heb ik namelijk altijd het gevoel dat ik hem stoor. Bij CB waren ze alleen nog heel erg van de fysieke scrumborden. Fysieke scrumborden zijn soms lastig omdat je een bevinding bijvoorbeeld niet erg duidelijk op een post-it kwijt kunt. Ook vallen er wel eens post-it’s naar beneden en als je niet op kantoor bent, weet je niet welke taken er op het bord hangen. Doordat we nu thuis moeten werken, is CB ook digitale scrumborden gaan gebruiken. Het fysieke scrumbord is nu stiekem aan het uitsterven bij CB en ik vind dat wel een goed iets.
Ik heb nu dus niet meer het gevoel dat ik ontwikkelaars stoor, maar aan de andere kant is het ook wel makkelijk dat je zelf niet meer gestoord wordt. Er zijn bijvoorbeeld geen collega’s die beginnen over hun afgelopen weekend. Hierdoor kan ik zelf meer focus houden.

Op een moment dat ik eigenlijk direct een ontwikkelaar nodig heb omdat ik vastzit, vind ik het wel lastig dat ik er niet even naartoe kan lopen. Vaak als ik een chatbericht stuur op zo’n moment dan krijg ik het antwoord dat ze over een half uurtje/uurtje wel tijd hebben. Ik vind het via de chat soms moeilijk om aan te geven dat ik ze nu echt nodig heb. Daarnaast is het soms ook handig om naast elkaar te zitten. Voor mijn gevoel is iedereen er nu wat meer op gericht om zijn eigen taakjes af te vinken. We hebben wel stand-ups en we communiceren wel, maar het is toch iets lastiger om een teamgevoel te houden als je allemaal aan een andere kant zit.

Een ander lastig punt vind ik dat ik de neiging heb om langer door te werken als ik nog iets wil afmaken. Dit had ik vroeger ook, toen ik nog geen vrouw en kinderen had en geen rekening hoefde te houden met files omdat ik met de trein ging. Het is fijn dat ik doordat ik thuis werk nu wat later kan beginnen, want ik hoef niet per se om 07:00 uur voor de file uit te rijden. Maar er wordt regelmatig om 17:00 uur van beneden geroepen: “Kom je nog?”. Dus het heeft voor- en nadelen. Ik kan lekker wat later beginnen, maar ik moet er ook af en toe aan herinnerd worden dat ik ook moet stoppen aan het einde van de dag.

Ik hoop sowieso dat alles snel voorbij is, maar ik houd het thuiswerken nog wel even vol.